543-Modular extension of a Research Centre

• Inrichting van de omgeving
• Architectuur
• Engineering van de structuren
• Engineering van de bijzondere technieken

De twee panden van het vroegere Nissan-onderzoekscentrum die in 1991-1992 gebouwd werden, liggen in een landschapspark van ongeveer 5 hectare met een vijver. Vandaag hebben ze een andere eigenaar en worden ze door twee verschillende huurders bewoond. De huidige eigenaar wil de site herwaarderen en de kantooroppervlakte verhogen door een reeks modulaire blokken in te voegen die in meerdere fasen gebouwd kunnen worden. Hij wil van de gelegenheid gebruik maken om de twee bestaande gebouwen autonoom te maken op het vlak van bijzondere technieken.

De uitbreiding heeft de vorm van een reeks vierkante blokken met een zijde van 25,20 m bovenop de bestaande gebouwen. Elk blok is getekend op een vierkant structureel raster met 6 m hartafstand, met 4 overspanningen in elke richting. Het omvat twee verdiepingen kantoren boven een verdieping open parking.

Eén van de twee kantoorverdiepingen ligt op dezelfde hoogte van de bestaande kantoren en de twee gehelen zijn via een loopbrug met elkaar verbonden.

In elk blok liggen de kantoren rond een vierkant atrium met een asymmetrisch geplaatste zijde van 6 m zodat de kantoren en andere lokalen met verschillende dieptes ingericht kunnen worden volgens de noden. Dit atrium van geringe hoogte brengt natuurlijk licht binnen in het hart van het gebouw. Het kan, volgens de noden, open of gesloten worden. De brandveiligheid legt de sluiting ervan niet op. De twee verdiepingen van elk blok vormen immers een enkel duplexcompartiment met een oppervlak van minder dan 2.500 m².

Op elke verdieping is een zwevende rondgang toegankelijk vanuit de straten rond het gebouw.

Een verticale circulatieknoop die tussen twee naast elkaar liggende blokken geplaatst is, verbindt de verdiepingen met elkaar en met het gelijkvloers. Op elke verdieping is er in de nabijheid van de circulatieknoop een sanitair blok voorzien.

Het gelijkvloers verlengt de bestaande overdekte parking. De parking is heel ruim open aan drie zijden en zijn hoge vrije hoogte zorgt voor een overvloedige ventilatie en natuurlijke verlichting. Volgens de noden kan er al dan niet een toegangshal ingericht worden voor de verticale circulatieknopen. Er zijn lokalen beschikbaar in één van de overspanningen van 6 m: technische ruimtes, vergaderzalen, archieven, enz.

De omgevingsaanpak steunt op enkele eenvoudige basisconcepten:

• De compacte vorm van de blokken, zowel in doorsnede als in volume, garandeert een zo laag mogelijk warmteverliesoppervlak. De optie om kantoren op twee verdiepingen te bouwen in plaats van op één enkele zoals de bestaande gebouwen is bijzonder bepalend in dit opzicht.
• De rondgangen dienen, naast hun veiligheids- en verfraaiingsrol, eveneens als zonnescherm voor de gevels.
• Het houten buitenschrijnwerk is uitgerust met een dubbele beglazing met hoge isolatieprestaties, zelfs met een driedubbele beglazing.
• Het groendak dient als thermische buffer tegen de zonnestralen en vangt het hemelwater op.
• De overdekking van de parkings verbetert de relatie van het gebouw met zijn omgeving enorm en verhoogt eveneens het visueel comfort.