622 – EUROPEES RUIMTEVAARTAGENSCHAP (ESA) – REDU
1, place de l’ESA, B -6890 Redu
50° 00′ 6.38’’N/ 5° 08′ 55.99″ E
1.667,64 m², 2016-2019, (01/622)
Wedstrijd op uitnodiging.
Consultatie « Design & Build » voor rekening van Entreprises Houyoux.
- Architectuur
- Binnenarchitectuur
- Aanleg van de omgeving
- Structuurengineering (met Ben Verbeeck bvba)
- Engineering speciale technieken (met FTI sa)
- Akoestiek (met A-TECH sa)
- BREEAM, EPB, fysiek van het gebouw en ingebruikneming (met NEO&IDES sprl)
- Veiligheidcoördinatie (met COSEP sa)
De site
Het ESA (European Space Agency) ligt in een prachtige vallei in de Ardennen. De hagelwitte paraboolantennes sieren het landschap.
Het overstromingsrisico voor deze vallei wordt ingeschat op matig tot hoog. Ieder project op kelderniveau zou bij overstroming dus aanzienlijke schade kunnen oplopen. Anderzijds mogen bouwwerken ook niet te hoog reiken omdat ze dan in het werkingsveld van de antennes en paraboolantennes terechtkomen.
Het ESA wil op deze plaats een bijkomend gebouw optrekken om er haar programma-activiteiten in onder te brengen, meer bepaald de 24/24-opvolging van haar satellieten. Het gebouw bestaat uit operationele zones, een sterk beveiligd centrum en een administratief centrum. In de operationele ruimte bevinden zich controlecentra en een datacentrum, met talloze servers en controleschermen.
De locatie
Het project beoogt de impact op het landschap maximaal te beperken. Gebruik makend van de bestaande topografie rust het gebouw op palen en zweeft het als het ware over het glooiende landschap. Onder het gebouw zijn heel onopvallend dertig parkeerplaatsen ingericht. Afgezien van de landschappelijke troef biedt deze inrichting het grote voordeel dat het gebouw, tegen minimale kost beschikt over een verlichte, overdekte parkeerruimte die bovendien natuurlijk wordt geventileerd. Het natuurlijke terrein onder het gebouw werd licht herwerkt tot een microreliëf zodat de beplanting met het afvloeiend regenwater kan worden geïrrigeerd. ESA beschikt over twee parkeerplaatsen voor personen met beperkte mobiliteit (PBM) en verbeterde ook de bestaande parkeerplaatsen voor gebouw T01.
De ruimte is omsloten door (geschoren) grasperken en weideland met bloemen en met mooie, verspreid groeiende bomen. Door de locatie kunnen de bestaande bomen maximaal blijven behouden en kan de beboste strook ten zuidwesten van het gebouw worden ontwikkeld.
Het gebouw volgt de rooilijn van de belendende gebouwen en het natuurlijk reliëf van de site. De richting van het gebouw is over een hoek van 42° verschoven ten opzichte van de kardinale punten en geniet van een voortreffelijke bezonning.
Voetgangers en auto’s bereiken de site via de bestaande weg in de noordelijke hoek. Een hellingplaat volgt de helling van het terrein en leidt naar de parking die tussen de palen is geschoven.
Natuurlijk licht
De interne organisatie van de kantoren is afgestemd op maximale natuurlijke lichtinval en verzekert de gebruikers prachtige uitzichten. De dualiteit tussen compactheid (voor betere energieprestaties) en openheid (voor het visueel comfort en het welzijn op het werk) doet opteren voor een organisatie rond een patio die wordt geanimeerd door zon, wind, regen of sneeuw. Alle werkplaatsen en vergaderzalen, met rechtstreekse uitkijk op de omgeving, bevinden zich aan de gevelzijde. De enige ruimtes die van dat principe afwijken zijn de sterk beveiligde lokalen in zone 5 en het datavertrek.
De beglaasde delen van de gevels zijn voorzien van extrahelder glas. Het zonlicht wordt bijzonder doeltreffend beheerst; de openingen zijn voorzien van vaste zonwering in wit staal en van mobiele, automatisch gestuurde zonneschermen van textiel. Dat beschermt optimaal tegen zonlicht, ongeacht de stand van de zon. De gebruikers van het gebouw blijven genieten van een vrij uitzicht wanneer de zon niet langer moet worden buitengehouden, waardoor ook meer natuurlijk licht kan binnenvallen. De vaste zonwering (“lightshelves”) helpt ook het licht weerkaatsen; hierdoor wordt het licht dat op de werkplekken tegen de gevel valt getemperd en weerkaatst naar de plekken die verder van de gevel verwijderd zijn.
Flexibiliteit
De kantoren zijn ontworpen rond een regelmatig vierkant patroon met een zijde van 41 m. De kantoren zijn achter de zuidoostelijke en noordoostelijke gevel gelegen. Dat verzekert de gebruikers van zonlicht en van een mooi en vrij uitzicht over het park. Het datavertrek is daarentegen in het midden van het gebouw ondergebracht. Dat maakt dat het onafhankelijk is van externe omstandigheden.
Het stramien van 8,10 m valt uiteen in 6 modules van 1,35 m, wat een maximale modulariteit biedt voor het beoogde gebruik. Dankzij de volledig beglaasde gevels kunnen de vertrekken bijzonder eenvoudig worden gereorganiseerd.
De lokalen zijn gegroepeerd volgens de verschillende activiteitscategorieën; dit moet de betrekkingen tussen de personen vereenvoudigen en de toegangscontrole tussen de zones vergemakkelijken.
Een functioneel, gebruiksvriendelijk en generiek instrument
Compact, zonder gevaar voor overstroming en bevrijd van de topografische beperkingen, hagelwit (mooi als een paraboolantenne…). Het nieuwe gebouw is een toonbeeld van een functioneel en gebruiksvriendelijk instrument.
Het nieuwe gebouw dat evenwijdig met de bestaande gebouwen O en T01 wordt opgetrokken en beschikt over een eigen parking, springt zuinig om met de grondoppervlakte. Het staat niet alleen midden in de natuur maar omsluit ook een stukje natuur. Voor dat laatste zorgt de patio met daarin een boom in volle grond.
Doordat er geen verdiepingen zijn, zijn de ruimtes vlot toegankelijk; hierdoor kan worden bespaard op personen- en goederenliften die zowel bij installatie als in onderhoud duur zijn. Alle vertrekken en het verbindingssas zijn toegankelijk voor personen met beperkte mobiliteit. Het project is zodanig ontworpen dat het in aanmerking komt voor het Access-i label (parking, ingang, circulatie, gebruik, evacuatie). Het gebruiksgemak van het instrument strekt zich uit tot de parking die onder het gebouw is geïntegreerd en beschermd tegen weersinvloeden.
Over het volledige oppervlak van het dak worden fotovoltaïsche zonnepanelen geïnstalleerd.
Het project kan ook worden gezien als een generiek object dat niet alleen in Redu maar zowat overal kan worden gevestigd, zowel in Europa maar net zo goed in Guyana bijvoorbeeld. Door het compacte plan dat op palen is gemonteerd, hangt men niet langer vast aan de topografie. De flexibele vorm van het verbindingssas en zijn constructiesysteem laten meerdere configuraties voor de aansluiting op andere installaties toe.
Duurzaamheid
Het nieuwe gebouw moet er komen omdat de verouderde bestaande structuur niet langer zijn functie kan vervullen. Het nieuwe project volgt een meer “duurzame” benadering en integreert de levenscyclus van het gebouw in het concept zelf: de “intelligente rüine”. Door het constructiesysteem bestaande uit balken/zuilen ontstaat een vrij vlak dat gemakkelijk kan worden ingericht of gewijzigd en een levensduur heeft van honderden jaren. De afwerking echter is wel onderhevig aan slijtage en functionele veroudering en moet door de tijd heen vrij kunnen worden gewijzigd. Het materiaal is gekozen volgens het vermogen om “mooi te verouderen”, m.a.w. het krijgt een patinalaag in plaats van aangetast te worden: buitenafwerking in gelakt staal, binnen- en buitenschrijnwerk in hout, enz.
Anderzijds veroorzaakt de ontmanteling van een op dergelijke wijze gelede structuur geen toxisch afval.
Veiligheid
Door het groeperen per functie worden de verschillende veiligheidszones geheel logisch in concentrische cirkels ondergebracht (zone 2 aan de buitenzijde, 5 in het centrum).
De opstelling van het gebouw op palen is voordelig voor de bescherming tegen braak; die bescherming wordt versterkt door systemen die indringing detecteren, door videobewakingssystemen en door de aanwezigheid van veiligheidsagenten ter plaatse.
Wat brandveiligheid betreft, wordt het gebouw beschouwd als een laag gebouw krachtens de “Basisnorm” (bijlage 2/1 bij het KB van 1994-07-07). Er wordt een veralgemeend branddetectiesysteem voorzien, evenals gepaste blusmiddelen voor de verschillende risico’s; inert gas voor het gegevenscentrum, haspels en brandblussers elders.
Het constructiesysteem
Bij de keuze van de bouwmaterialen geldt een maximale beperking van de ecologische afdruk als leidraad, zonder uit het oog te verliezen dat een strikt (regelmatig stramien van 8,10 x 8,10 m) en klassiek (beton, en staal) stramien altijd de economisch beste keuze vormt.
Door de structuur ontstaan vrije plateaus met een nettohoogte van minimum 3,43 m. De vloeren, paddenstoelvloeren in ter plaatse gestort beton, worden berekend voor een overbelasting bij gebruik van 500 kg/m². De dakstructuur bestaat uit geribde plaatpanelen die op stalen liggers rusten. Deze worden gedragen door funderingsputten met blokken in gewapend beton die worden aangebracht op compacte grond op lage diepte. Dat beperkt de grondwerken, hinder door bouwplaatsvoertuigen en impact op aanwezige ondergrondse kabels (datakabels, optische vezels, afvoergoten, enz.).
Warmtecomfort
Het warmtecomfort van een lage-energiegebouw moet kunnen profiteren van de passieve troeven. De schil moet doorlopend geïsoleerd en extreem luchtdicht zijn.
Het gebouw is opgedeeld in twee zones met een eigen functie: een administratieve zone die zich leent voor kantoren die wisselend worden gebruikt, en een operationele zone die ook vergaderzalen omvat en die permanent wordt gebruikt.
Er valt geen slagschaduw op de locatie en de site geniet een optimale bezonning. De ondoorzichtige buitenwanden zijn verregaand geïsoleerd.
De administratieve zone wordt verwarmd en gekoeld via verdringingsroosters die ter hoogte van de borstwering, onder de vensters zijn aangebracht, en die zowel de verliezen als alle aangevoerde lucht onmiddellijk compenseren.
Gelet op de doorlopende bezetting van de controlecentra en de hoge warmteafgifte van de apparatuur wordt deze zone verwarmd en afgekoeld door stralende actieve plafonds die de installatie van het vereiste koelvermogen toelaten.
Hygrothermisch comfort
Verwarming, afkoeling en ventilatie zorgen voor het hygrothermisch comfort. Tijdens de zomer en de winter moet de klimaatregeling in het gebouw maximaal onafhankelijk werken van het buitenklimaat. Een hoogrendementsaggregaat met warmteterugwinningsvoorziening met hygroscopisch wiel zorgt voor de gedwongen ventilatie. De verse lucht wordt aangezogen via een luchtinlaat op het dak. De luchtbehandelingscentrale bevindt zich op niveau -1 (parkingniveau). Tijdens de kantooruren worden de kantoren tegen constant debiet geventileerd. De vertrekken die wisselend worden gebruikt worden door C02-sondes tegen variabel debiet geventileerd. De lucht wordt gepulseerd via het technisch verlaagd plafond langs verdringingsroosters in de borstwering of rechtstreeks langs vloerroosters. De lucht wordt door plafondmonden in het technisch verlaagd plafond afgevoerd.
De vrije hoogte van 3,15 m biedt een groot luchtvolume per persoon; dat beperkt grote temperatuurschommelingen als gevolg van de verwarming en verluchting.
Geluidscomfort
De locatie is uitermate rustig. De hoge densiteit van de gegevensinstallaties in het gebouw en de weerkaatsing van het geluid tegen het harde oppervlak van de gevels worden gecompenseerd door geluidsdempers die de weerkaatsingsduur inkorten.
Voor de geluidsisolatie tussen de vertrekken wordt gebruik gemaakt van tussenwanden in geribde gipsplaat van het type “MS100” en van beglaasde binnenwanden voorzien van aangepaste beglazing.
Visueel comfort
Het gebouw telt heel wat glaspartijen en kijkt uit op het omliggende landschap; dankzij de beheersing van het zonlicht hoeft er niet bijkomend te worden gekoeld. Bij bewolking wordt de zonnewering in textiel opgetrokken; dat zorgt voor natuurlijke lichtinval en vrijwaart het uitzicht over de omgeving. Door de overvloedige natuurlijke lichtinval (de natuurlijke verlichtingsautonomie bedraagt tussen 8.00 en 18.00 u volgens onze ervaring 60%) kan de vereiste energie voor het elektrisch kunstlicht aanzienlijk worden verminderd. Bovendien wordt het vermogen van het kunstlicht gemoduleerd door lichtsterktesensoren. De verlichtingsinstallatie bestaat onder meer uit Tl-verlichting met lage lichtsterkte en hoge kleurweergave-index; de armaturen zijn zodanig in de verlaagde plafonds bevestigd dat ze gemakkelijk kunnen worden verplaatst (eenvoudige inrichting). Het geheel wordt aangestuurd door een aanwezigheidsdetectiesysteem dat plaatselijk kan worden aangepast en werkt door lichtsterktedetectie in de ruimte.
Het buitenschrijnwerk is vervaardigd van hout (dat voor vlot onderhoud volledig opent), voorzien van extra helder dubbel glas, wat een optimale natuurlijke lichtinval en uitzicht over het landschap waarborgt. De “lightshelves” optimaliseren de natuurlijke verlichting, beperken verblinding en bieden een gedeeltelijk vaste zonnewering. Geen enkele werkplek bevindt zich op een afstand van meer dan 6 m van de natuurlijke lichtinval.
Speciale technieken
De warmteproductie die het warmteverlies moet compenseren (transmissie, verlichting en infiltratie) en het gebouw na vertraging weer op temperatuur moet brengen, wordt verzekerd door een warmtepomp. Die staat op het dak en recupereert een gedeelte van de warmte die via het materiaal van het datacenter wordt geëvacueerd. Wanneer de warmtebehoeften de mogelijke terugwinning overschrijden, gaat de warmtepomp calorieën aan de buitenlucht onttrekken. Gelet op de continue warmteafgifte van het datacenter en een productie van warm water van 45°C, blijft de energieprestatiecoëfficiënt van de warmtepomp bij verwarmingsvraag van het gebouw op een hoog niveau gehandhaafd.
De afkoeling moet de variabele warmteaanvoer kunnen opvangen; die is in de controle- en administratieve zones afkomstig van de bezonning en van het gebruik van de ruimte (aanwezige personen, uitrusting en verlichting). In het datacenter zorgt ook de apparatuur voor verdere warmteafgifte. Het ijswater wordt geproduceerd door luchtgekoelde chillers die loodrecht boven het datacenter op het dak zijn geplaatst. Die chillers zijn zodanig bemeten dat ze de redundantie van de uitrusting en het gebruik ervan kunnen opvangen. Voor hoge energieprestaties wordt een chiller met passieve afkoeling door free-cooling geïntegreerd voor buitentemperaturen van minder dan 12°C. Geheel volgens hun energetisch rendement wordt aan die chillers een gebruikshiërarchie toegekend.
De stroom die voor de werking van de technische comfortinstallaties in het gebouw wordt verbruikt (verluchting, verwarming, koeling, verlichting, hulpapparatuur) wordt gecompenseerd door de productie van fotovoltaïsche zonnepanelen op het dak. Het dak biedt ruimte voor 428 m² panelen die op jaarbasis 70,5 Mwh stroom kunnen opwekken.
De distributie van fluïdums (lucht, koud en warm water) en elektriciteit verloopt hoofdzakelijk via leidingen ondergebracht achter het technisch verlaagd plafond.
Waterbeheer
Het drinkwater is leidingwater waarvan de kwaliteit wordt gecontroleerd. Het regenwater wordt opgevangen en gefilterd en dient voor de onderhoudskranen en voor de waterspoeling. De dimensionering is op de behoeften afgestemd. Het eventueel overtollige water wordt naar het park afgeleid waar het geleidelijk en natuurlijk insijpelt. Het afvalwater wordt in een zuiveringsinstallatie behandeld voordat het naar een bestaand bezinkbekken wordt afgevoerd.
Onderhoudsbeheer
De technische vertrekken op het dak en op parkingniveau bevinden zich centraal. Hierdoor kan de lengte van de leidingen worden beperkt en het onderhoud van de installaties worden vereenvoudigd. De installaties worden gecentraliseerd beheerd wat toelaat om het verbruik te meten, te bewaren en door te geven. Anderzijds kan de beheerder van het gebouw het energieverbruik van de installaties in reële tijd controleren en bij storingen ingrijpen. De gevel is opgetrokken uit onderhoudsvriendelijk, bestendig materiaal afkomstig van de kringloopeconomie. Het houten binnenschrijnwerk is onderhoudsvriendelijk. Het hout krijgt na verloop van tijd een patina-achtige laag waardoor de ruimten aan cachet winnen.
PLAATS
Place de l’ESA, 1
6890 Redu, België
OPPERVLAK
Bruto oppervlak : 1.500 m²
KLANT
EUROPEAN SPACE AGENCY
Design and Build met HOUYOUX CONSTRUCTIONS
ARCHITECTS & ENGINEERS
Philippe SAMYN and PARTNERS sprl, architects & engineers
Steenweg op Waterloo, 1537 B-1180 Brussel
Tel. + 32 2 374 90 60 Fax + 32 2 374 75 50
E-mail: sai@samynandpartners.com
Ph. Samyn: Exclusieve eigenaar van de auteursrechten (copyrights).
TEAM
Architectuur
Design Partner : Dr Ir Ph. SAMYN
In samenwerking met : B. VAN DAMME (Competitie fase)
Administratief Partner : Å. DECORTE, G. ANDRÉ (Competitie fase)
Medewerkers : K. AMMOR, J. YARAMIS, O. LENGYEL, D. MÉLOTTE, V. POPA, R. SOMFELEAN
Speciale technieken : Philippe SAMYN and PARTNERS sprl, architects & engineers,
met FLOW TRANSFER INTERNATIONAL sa (onderaannemer)
A. Janssens
Hamstraat, 137 B-1180 Brussel, België
Tel.: +32 2 375 75 40 E-mail: info@fti-sa.be
Stabiliteit : Philippe SAMYN and PARTNERS sprl, architects & engineers,
met INGENIEURSBUREAU BEN VERBEECK en PARTNERS bvba (onderaannemer)
Ir B. VERBEECK
Herman Ullenslei, 9, B-2640 Mortsel, België
Tel.: +32 0477 633 544 E-mail: ben@benverbeeck.eu
BREEAM adviseur en
milieustudies : NEO & IDES
B.BUSCH, J.-P. LEMAIRE en M. LEROY
Rue des Chasseurs Ardennais, 3, 4031 Angleur
Tel.: +32 4 366 00 17 E-mail: info@neo-ides.be
Akoestiek : A-TECH Acoustic Technologies s.a.
Ir J.-P. CLAIRBOIS
Avenue Brugmann, 215n 1050 Brussel
Tel.: +32 2 344 85 85, Fax: +32 2 346 20 99
E-mail: mail@atech-acoustictechnologies.com
Landschapsstudie : Philippe SAMYN and PARTNERS sprl, architects & engineers
Veiligheid : Philippe SAMYN and PARTNERS sprl, architects & engineers
Gezondheids- en
veiligheidscoördinatie : COSEP
Rue du Fond Cattelain, 5, 1435 Mont-Saint-Guibert
Tel.: +32 10 81 37 50, Fax: + 32 10 84 24 50
E-mail: cosep@cosep.be
DOCUMENTATIE
Documentatie
management : Philippe SAMYN and PARTNERS (A. CHARON en Q. OLBRECHTS)