Page 79 - DE BRANDWEERKAZERNE
P. 79
77
‘Ik denk dat ik rationeel ben, maar dat ben ik niet. De “diepe
overtuiging om te controleren is voor mij een goede hulp.’
Philippe Samyn
CIRCULATIES EN FUNCTIONALITEIT ofwel langs de carwash, ofwel volgen ze onmiddellijk de interne
rondweg die hen naar de garage langs de buitenrand brengt.
De regionale brandbestrijdingsdienst (Service régional d’incendie, Ze kunnen, indien dat noodzakelijk zou blijken, ook een ommetje
SRI) heeft ongeveer vierhonderd mensen in dienst. Daarvan zijn er maken via de onderhouds- en herstelwerkplaatsen.
permanent ongeveer honderd op het terrein van de kazerne aanwezig.
De ziekenwagens staan in een aparte zone waar de temperatuur
De SRI is tegelijk een crisiscentrum en een plaats waar geleefd hoger en constanter is.
wordt. Het is dus nodig om de diverse functies te organiseren via
een klassement en een scheiding van de diverse toestromen, maar De 48 sectionaalpoorten in de garage met het brandweerarsenaal
het is ook essentieel de ingangen op de juiste plaats in te passen. (22 brandweerauto’s, 19 bestelwagens, 19 lichte voertuigen) zijn
6 m hoog en komen uit op een extern circuit vanwaar de interven-
Het terrein heeft slechts drie toegangen: ties vertrekken. Elke brandweerauto heeft zijn eigen uitrijpoort. Zo
– de toegang voor interventievoertuigen op niveau 1; vermijdt men ongelukken met andere rijdende voertuigen en met
– de toegang naar de ingang op niveau 0; de brandweermannen, die steeds via de achterkant naar hun voer-
– de toegang voor dienstleveringen op niveau 0. tuig rennen.
Vanaf de rue de laTombe en de sentier desTerrils volgend voorzag De belangrijkste interventievoertuigen en alle ziekenwagens
het project dat op de wedstrijd werd voorgesteld een muur van parkeren naast de uitgang.
rode geperforeerde staalplaten met daarop het blazoen van de
regionale brandweerdienst van de stad Charleroi – Zone Oost- De rijrichting, zowel aan de binnen- als aan de buitenkant
Henegouwen die vanaf de zuidkant bij de bezoeker meteen in van de kazerne, is steeds linksdraaiend.
het oog zou springen en hem naar de ingang en het museum
zou leiden. Dat werd aanzienlijk vereenvoudigd en personeel, Het parcours voor het uitrijdende en het binnenkomende verkeer
bezoekers en dienstleveringen ontmoeten elkaar nu op niveau 0. kruist elkaar dus nergens en binnen het gebouw is geen enkel
achteruitrij- of omkeermanoeuvre noodzakelijk.
Bovendien, waar die rode muur in het ontwerp dat voor de wed-
strijd werd ingediend de ingang en de toegang voor dienstleverin- De ringvormige indeling langs de buitenzijde omvat een rechthoeki-
gen afscheidde van het sportterrein in de openlucht, is dat laatste ge centrale kern opgebouwd rond een zuid-noordelijke circulatieas
nu verplaatst naar niveau 1, op hetzelfde niveau als de manoeu- (liften, trappen).
vreerzone van de brandweerauto’s dus.
In de kern bevinden zich de reeds boven aangehaalde mecha-
De beslissing waar op de site de kazerne moest komen, vloeit nische werkplaats, de interventiekleedruimtes en de opslag- en
voornamelijk voort uit de keuze voor het af- en aanrijden van de onderhoudslokalen voor de uitrustingen van de brandweerauto’s
brandweerauto’s op niveau 1. (zuurstofmaskers, flessen, slangen ...) volgens een coherent en
gestructureerd patroon, beginnend bij de vervuilde delen (dicht bij
Vanaf de westkant van het gebouw passeren de brandweerauto’s de poort van de terugkerende interventiewagens) tot de gereinigde
en interventiewagens (zestig in het totaal) die van een actie terugkeren delen (aan de kant van de belangrijkste interventiewagens).
Eerste typedoorsnede. DC 841 (2012_07_06)