Page 40 - AGC_MultiLingue_HD.indd

40
– het certificeren van de energieprestatie van gebouwen of moeten nationale plannen uitwerken om het aantal bijna-energie- bouweenheden en van onafhankelijke controlesystemen voor het neutrale gebouwen te verhogen. Die plannen kunnen uiteenlo-
afleveren van energieprestatiecertificaten en keuringsverslagen; pende objectieven inhouden, afhankelijk van de categorie van – het invoeren van een regelmatige keuringsplicht voor verwar- het gebouw.
mings- en klimaatsystemen in gebouwen. dRaaiBoek VooR eeN CoNCuRReReNde eCoNomie De Commissie werkte een vergelijkende methodologie uit om met LaGe kooLstoFuitstoot teGeN 2050 ffffhet optimale kostenniveau voor de minimumnormen inzake energieprestaties te berekenen. het is mogelijk om op korte termijn en tegen een lage kostprijs
De lidstaten moeten die methodologie gebruiken om de resultaten CO2-uitstoot in de bouwsector te verminderen, vooral door de te vergelijken met de minimumeisen inzake energieprestatie die zij verbetering van de energieprestatie van gebouwen. zelf hebben vastgelegd. Als er significante verschillen – meer dan De analyse van de Commissie toont aan dat de uitstoot op dat vlak 15% – optreden tussen het optimale berekende kostenniveau van tussen nu en 2050 met 90% kan worden verminderd, een grotere de minimumeisen inzake energieprestatie en de van kracht zijnde bijdrage dus dan het langetermijngemiddelde. Dat benadrukt hoe minimumenergieprestatienormen, dan moeten de lidstaten die belangrijk het is om de doelstelling van de herschikte richtlijn in-
verschillen rechtvaardigen of passende maatregelen nemen om zake energieprestatie van gebouwen te halen, waarbij vanaf 2021 die verschillen weg te werken. nieuwe gebouwen bijna-energieneutraal moeten zijn. De geraamde economische levenscyclus van een gebouw of van Daartoe is reeds een aantal maatregelen ingevoerd en talrijke
een onderdeel van een gebouw moet door de lidstaten worden lidstaten hanteren nu al striktere energieprestatienormen voor
bepaald, rekening houdend met het huidige gebruik en de ervaring gebouwen. Op 4 februari 2011 besliste de Europese Raad, rekening
die is verworven inzake het definiëren van typische economische houdend met de hoofddoelstelling van de EU, dat alle lidstaten
levenscycli. vanaf 2012 energie-efficiëntienormen moeten hanteren bij over-
Er zijn maatregelen nodig om ervoor te zorgen dat er meer gebou- heidsaankopen van openbare gebouwen en diensten.
wen opgetrokken worden die niet enkel voldoen aan de minimum-
eisen inzake energieprestatie, maar die ook een hogere energie-ef- Na verloop van tijd zullen de inspanningen nog aanzienlijk moe-
ficiëntie laten optekenen, waarbij zowel het energieverbruik als de ten worden opgevoerd. De nieuwe gebouwen moeten vandaag
uitstoot van CO2 wordt verminderd. worden ontworpen als constructies die weinig of geen energie
De lidstaten moeten erop toezien dat tegen 31 december 2020 alle verbruiken. De extra kosten die daaruit voortvloeien, kunnen
nieuwe gebouwen bijna-energieneutraal zullen zijn. De lidstaten door energiebesparing worden terugverdiend.
Juli 2012
2012
2013 2014
2012-07
Werfinrichting en grondwerken Funderingspalen en fundering kelder
Massieven en kolommen niveau 0 / ruwbouwwerken kelder
Vloerplaat +1
Betonkernactivering in vloerplaten
Vloerplaat +2 dakplaat
Montage hoofdtrap Staalstructuur galerij
Dakbedekking
Buitenschrijnwerk en bambou gevelbekleding
houten terrassen en binnentuinen Tweede gevel uit glazen lamellen
Technieken in schachten en onder de verhoogde vloer Plaatsen verhoogde vloeren
Gipskartonwanden en spuitpleister plafonds
Liften Binnenschrijnwerken Parket en tapijt
Grootkeuken en restaurant
Technische installaties kelder ; BEO-veld ; PV-panelen
Omgevingswerken Oplevering